Zwijgen is de makkelijkste weg

woensdag 26 maart 2008 06:30

Beleefde bejegening als gedragscode gaat over goede manieren en beleefde bejegening als cultuur over het respect van die ander. Dat hebben we de commissie Samenleving 25 maart voorgehouden.
Het was de intro over onze visie op de dienstverlening van de Sociale Dienst en de bejegening daarbij en de problemen met re-integratietrajecten.

Waar ging het om
We hadden de antwoorden op onze schriftelijke vragen over de werkwijze van de WWB laten agenderen in de commissie. Ze waren onvolledig en soms niet juist. Dat hadden we min of meer wel verwacht omdat we vorig jaar bij de behandeling van het 1e klanttevredenheidsonderzoek bij de Sociale Dienst - door ons geagendeerd – al een fikse aanvaring kregen met wethouder Haan. Dat hebben we vaker als het de Sociale Dienst betreft.

De problemen
Begin januari werden we benaderd door mensen die tegen diverse problemen aanliepen. Ze hebben het op papier gezet, we hebben de contracten gelezen en we hebben ze uitgebreid bevraagd om de feiten boven tafel te krijgen, zaken uitgezocht. We hebben ook – onaangekondigd - een bezoek gebracht aan het bedrijf. We hebben gewikt en gewogen: hoe kaarten we dit in wijsheid aan zonder dat de betrokkenen de dupe worden. Of zwijgen we en doen we net alsof we niets weten?

Situaties uit de praktijk, waarbij de uitvoering van re-integratie trajecten door de Sociale Dienst te wensen over liet tav voorlichting, afspraken en begeleiding, lieten ons (maar ook anderen) zien dat clienten boos zijn over de manier waarop zij worden benaderd, aangesproken en aangeschreven, maar ook over de situaties waarin zij verzeild raken (lees daarvoor hieronder onze bijdrage).

De mogelijke oplossingen
We hebben de commissie voorgesteld over twee zaken: dienstverlening Sociale Dienst en bejegening, maar ook maatwerk binnen re-integratietrajecten, op een ander moment – goed voorbereid – door te praten. Ook al hadden de meesten de nodige bedenkingen, aparte bespreking in een volgende commissie vond de meerderheid niet nodig.

Het woord van een raadslid tegenover dat een wethouder. Twee kanten van één verhaal. Een verhaal over de werkwijze van de Sociale Dienst en een verhaal als volksvertegenwoordiger, om mensen een stem te geven. Welke mensen spreekt de wethouder en welke wij?

Wat hebben we in ieder geval bereikt?
Niemand kan meer zeggen dat men niet weet dat deze problemen er zijn. De wethouder zal zich terdege moeten realiseren dat de uitvoering van dit beleid door de Raad goed in de gaten gehouden wordt. En we hebben de toezegging van de wethouder dat in het 2e klanttevredenheidsonderzoek ook ex-clienten zullen worden geënquêteerd.

God schiep de tijd, over haast heeft Hij niet gesproken. Dit schoot mij te binnen bij het schrijven van dit verslag. We weten dat er een moment zal komen dat ook anderen overtuigd zullen raken dat het anders moet. We vragen ons alleen af: hoeveel signalen moeten er nog komen en hoeveel mensen moeten er eerst nog de dupe hiervan worden?

Helen du Bois

BIJDRAGE BESPREKING ANTWOORDEN WERKWIJZE WWB 25.03.08 COMMISSIE SAMENLEVING GEMEENTERAAD - Helen du Bois

Vooraf wil ik aangeven dat deze bijdrage de aanleiding is tot een tweetal voorstellen aan de commissie om in een volgende commissie te bespreken. Zijn de andere fracties het eens met de voorstellen en moet er eventueel wat aan de formulering veranderen.

Voorzitter en commissieleden, over de onvolledige en soms onjuiste beantwoording van onze schriftelijke vragen over de werkwijze WWB willen wij vanavond graag in gesprek gaan met de commissie.

Goede dienstverlening aan burgers vindt de hele Raad erg belangrijk. De totale dienstverlening van Publiekszaken, onlangs met een 7,8 beoordeeld, is die echter niet van de Sociale Dienst. Wij, maar ook anderen, horen te veel, te vaak en ook al te lang klachten over zowel de werkwijze als de bejegening van clienten. Hun vertrouwen verloren, moedeloos en bang voor de consequenties worden bijna geen klachten of  bezwaarschriften ingediend. We kunnen dit begrijpen, maar als ChristenUnie-SGP niet accepteren. Als er geen klachten binnenkomen, wethouder, is dus niet de conclusie: het gaat goed!

Nav het onderzoek “Bewijzen van een goede dienstverlening” door de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid is er inmiddels veel aandacht voor de bejegening van clienten van de Sociale Dienst. In de brochure “beleefde bejegening” gaat men in op zowel bejegening als gedragscode (de goede manieren) en bejegening als cultuur (het respect voor anderen). Als de gemeente, politiek, bestuurders en uitvoerders bereid zijn om open met elkaar en met clienten en hun vertegenwoordigers van gedachten te wisselen over bejegening, is de 1e stap gezet. Voor de fractie van de ChristenUnie-SGP is dat vandaag!

Nadat wij vragen hadden gesteld belde wethouder Haan met de tip om op bezoek te gaan bij het re-integratiebedrijf Fourstar. Onaangekondigd ben ik binnengelopen, waar ik prompt een rondleiding en een gesprek van een uur kreeg met de directeur. Dat gaf een eerste indruk van dit bedrijf op welke wijze zij hun clienten voorbereiden op plaatsing op de arbeidsmarkt. De slogan van de wethouder “iedereen kan wat” wordt daar in praktijk gebracht. De werkzaamheden zijn op zich prima, alleen wel met de nodige haken en ogen.

Work First, het paradepaardje van wethouder Haan, vinden we nog steeds een goed instrument om clienten uit een uitkering de weg op te sturen van de arbeidmarkt. Alleen gaat er steeds meer mis met de uitvoering. In het jaarverslag van 2007 zal straks een hoge score uitstroom te zien zijn.
Medio december voorgesteld aan een re-integratiebedrijf. Met 80 mensen tegelijk een contract aangeboden  per 31.12.07 dat slechts 1 functieomschrijving in het contract heeft staan: algemeen medewerker.
Terwijl “Maatwerk” volgens de Nota Integratie vanzelfsprekend is (pag. 2). Zelfs dat voor iedereen een passend traject beschikbaar is afgestemd op de persoonlijke omstandigheden en mogelijkheden van mensen (pag 23). En de klant centraal staat (pag 18).

Ex-clienten zijn boos over de manier waarop ze benaderd werden, aangesproken en aangeschreven. En over de situatie zelf.
- geen 12 maanden maar een betaalde baan van “tijdelijke aard” staat er in het contract. Maart tijdelijk is niet gespecificeerd.
- mensen kregen problemen met hun gezondheid (GGD-adviezen werden genegeerd); een aantal werd met allergieën naar huis gestuurd
- kinderopvang (in maart had nog niet iedereen opvang), soms namen de moeders de kinderen mee
- financieel, volgens het contract treedt met parttime in dienst met de belofte van 32 uur door de Sociale Dienst dat dit hetzelfde bedrag als de uitkering is. Het betekende alsnog onder het bestaansminimum uitkomen omdat 36 uur werken nodig bleek. Onvoldoende informatie over aanvullende tegemoetkomingen.
- wist de wethouder dat slechts twee weken voor 2 januari het pand aan de Radonstraat pas beschikbaar kwam?
- dat het dan logisch is dat de arbeidsomstandigheden bij de start 2 januari nooit Arbo-proof konden zijn en er veel controles nadien zijn geweest
- dat er nog steeds geen gebruikersvergunning is afgegeven door de Brandweer en dat in week 11 alsnog is gebleken dat er geen ontruimingsinstallatie aanwezig was in het pand. A.s. vrijdag worden deze nu geplaatst. En als er nu brand uitbreekt met 100 werknemers? De Milieu-Express die vorige week afbrandde ligt er pal tegenover.
- er op dit moment procedures lopen voor alle vergunningen. Had dat niet eerder gemoeten?
Terwijl in de Nota Integratie staat dat men optimale dienstverlening wil geven bij re-integratietrajecten (pag 2).

De gemeente zegt nog 12 maanden medebegeleiding te geven. Ondertussen zijn het ex-clienten van de Sociale Dienst geworden en werknemers van FourstaR. Wij willen graag weten wat de rechten en plichten van deze groep mensen zijn?
 
Gemeenten controleren re-integratiebedrijven te weinig volgens staatsecretaris Aboutaleb. Welke sturingsmogelijkheden heeft de wethouder op de uitvoering en de kwaliteit van het contract met FourstaR? En hoe is de intensiteit op dit moment? Kan een gemeente een contract afsluiten met een bedrijf waar zaken als eerder genoemd niet kloppen? Was de wethouder hiervan op de hoogte?

Precies een jaar geleden hebben wij het 1e klanttevredenheidsonderzoek Sociale Dienst geagendeerd omdat toen 40% van de clienten die aan het onderzoek meededen, ontevreden bleek te zijn. Ook de Adviesraad WZI had een negatief advies. Onze verbetersuggesties uit 2003 waren ten tijde van het 1e klanttevredenheidsonderzoek in 2006 nog niet eens doorgevoerd. En wethouder Haan nam afstand van de negatieve interpretatie door een deel van de commissie. Inmiddels zijn we een jaar verder en we hebben de indruk, vanuit onze rol als volksvertegenwoordiger, dat het eerder slechter dan beter gaat.

Er komt een 2e klanttevredenheidsonderzoek onder clienten van de Sociale Dienst. Het antwoord op onze vraag om daarbij ook ex-clienten te betrekken, werd erg vaag beantwoord. Wethouder, wij willen u nu verzoeken bij het komende onderzoek juist ook ex-clienten te betrekken. En over de begrijpelijke wijze van formulering van de vragen zou het goed zijn gebruik te maken van de kennis van de Adviesraad WZI.
Staat er niet in de Nota re-integratie dat de gemeente het belangrijk vindt dat klanten tevreden zijn (pag 18)?

Controle van klantmanagers op de bejegening van clienten is dus niet alleen zoals het antwoord van  het college: “via Op Koers”. De uitzendkrachten vallen daarbuiten en de bejegende partij, de cliënt, is hierbij geheel buiten beeld. Hun ervaringen en die van ex-clienten moeten in een kwalitatief goed klanttevredenheidsonderzoek boven tafel komen.

In het antwoord van vraag 4 staat dat klanten geen behoefte hebben aan een afrondend gesprek. Heeft de wethouder zich wel eens afgevraagd dat het blij zijn met een baan niet de daadwerkelijke reden is, maar dat de werkelijke reden is dat men blij is van de Sociale Dienst af te zijn?

Onze fractie vindt dat er nu bij de Sociale Dienst snel een kwalitatief grote verbeterslag moet plaatsvinden in de dienstverlening en bij respectvolle bejegening. Daarbij willen we de wethouder alvast meegeven ook de ex-clienten die 31.12.07 in dienst zijn getreden bij FourstaR allemaal actief te benaderen en hen medebegeleiding, voor zover dit al niet gebeurd, aan te bieden.

Tot slot
Maatschappelijke effecten en prestatiedoelstellingen uit de programmabegroting 2008 worden door ons als Raad als kader meegegeven, maar wel op basis van een rechtvaardig en sociaal beleid. 

Gezien de tijd wil de ChristenUnie-SGP de commissie een voorstel doen om een tweetal onderwerpen in een volgende commissievergadering verder te bespreken. Goed voorbereid.
We denken daarbij als voorbeeld aan de “Cirkel doorbroken” waar de commissie zelf koos om haar visie op het armoedebeleid bij te stellen en aan het College mee te geven. In dat kader zien we ook de volgende onderwerpen.
- kwaliteit dienstverlening van de Sociale Dienst, dus werkwijze en respectvolle bejegening van clienten. Hebben we de juiste controlemiddelen voor het kader dienstverlening en wat moet er veranderen en hoe?
- kwaliteit re-integratiebeleid: wat zijn de kaders voor maatwerk binnen het re-integratiebeleid en hebben we de juiste controlemiddelen, wat moet er veranderen en hoe?

We horen graag de mening van de andere fracties.

 

« Terug

Archief > 2008 > maart

Geen berichten gevonden