Antwoorden schriftelijke vragen Wet Werk en Bijstand

zondag 09 maart 2008 23:34

We zijn teleurgesteld over de antwoorden op onze vragen over de werkwijze van de Wet Werk en Bijstand. Het heeft meer vragen opgeroepen dan beantwoord. De ChristenUnie-SGP blijft grote zorgen houden over onderdelen van de dienstverlening van de Sociale Dienst. We horen te veel, te vaak en ook al te lang, klachten over de bejegening van klanten die wel in een afhankelijke situatie verkeren. Zowel mondeling als schriftelijk.
We willen inzicht hebben in wat er steeds mis gaat en grip krijgen op de mogelijke (structurele) problemen. We beraden ons over de volgende stappen die we willen nemen. Daarbij is veel wijsheid nodig om dàt middel te kiezen dat het meeste resultaat oplevert voor de klanten, maar die hen geen schade berokkent. Wij willen een sociaal en rechtvaardig beleid mèt eigen verantwoordelijkheid!

Antwoorden op de schriftelijke vragen werkwijze Wet Werk en Bijstand; ingediend op 18 februari en de Raad toegestuurd op 7 maart

1. Is het college het met de ChristenUnie-SGP eens dat het hele traject van de situatie van uitnodiging t/m de werksituatie in het bedrijfspand onvoldoende is uitgaande van het beleid uit de Nota Re-integratie 2008-2010. Graag willen wij een uitleg hoe dit zo kon ontstaan. Ook willen we weten hoe deze situatie wordt verbeterd (o.a. de Arbo-omstandigheden) en hoe nieuwe situaties als deze worden voorkomen.

ANTWOORD VERAAG 1:
De aangeboden werkzaamheden passen naar onze mening geheel binnen de vastgestelde beleidsvisie. In deze beleidsvisie staat centraal “meer®doen”. Meedoen door aan het werk te gaan, het liefst regulier. Omdat iedereen iets kam verwachten wij van iedereen die een uitkering ontvangt, een tegenprestatie.

Het verrichten van de werkzaamheden bij SWAN/Workstar is niet het uiteindelijke doel, maar een middel om mensen terug te brengen naar de reguliere arbeidsmarkt. Het gaat om tijdelijk werk waarbij naast werk, sprake is van begeleiding, scholing en ondersteuning. De activiteiten passen dan ook geheel binnen het door de gemeente Zoetermeer gehanteerde “Work-First” aanpak.

Het bedrijf (SWAN/Workstar) is een organisatie, waarin – rekening houdende met ieders mogelijkheden – alle voorkomende werkzaamheden worden uitgevoerd. Workstar heeft door het gehele land ca 15 zogeheten ArbeidsTrainingsCentra (ATC’s) actief. Ook in Zoetermeer is een ATC nu actief. De vestiging is “Arbo-proof”.  Tevens heeft de Brandweer een inspectie uitgevoerd en daarbij geen opmerkingen geplaatst betreffende de (brand)veiligheid van het pand.

Het werk bestaat uit diverse activiteiten en opdrachten (zoals licht productiewerk, reparatie, klussen, huishoudelijke werk, schoonmaakwerk, catering, administratief werk). In alle gevallen gaat het om zinvol en algemeen geaccepteerd werk. Doel is om mensen in beweging te brengen en hen met begeleiding te helpen aan een (reguliere duurzame) baan buiten het ATC. Tijdens het verblijf in het ATC is “zitten op de bank” geen optie.

2. Worden ex-bijstandsclienten die de dupe zijn van deze situatie nog hulp aangeboden vanuit de gemeente? Zo ja wat voor hulp? Zo nee waarom niet?

ANTWOORD VRAAG 2:
Voor zover thans bekend zijn er geen bijstandsgerechtigden die nadelige gevolgen hebben ondervonden bij het aanvaarden van het werk bij SWAN/Workstar. Indien zich een mogelijke nadelige situatie alsnog zal voordoen zal de klantmanager van de afdeling WZI samen met de klant en SWAN/Workstar zoeken naar een bevredigende oplossing.

3. Tot welk moment is de gemeente verantwoordelijk voor een bijstandscliënt die een baan aanvaard heeft, zowel feitelijk als moreel? En waarom?

ANTWOORD VRAAG 3:
In het geval van werkzaamheden zoals het geval is bij SWAN/Workstar zal gedurende de gehele looptijd van het contract (12 maanden) sprake zijn van medebegeleiding door de klantmanager van de gemeente. Indien een klant gedurende het dienstverband bij SWAN/Workstar elders aanvaard doch voor het einde van de looptijd weer uitvalt, zal de klant wederom bij SWAN/Workstar begeleidt worden naar werk elders binnen de reguliere arbeidsmarkt en niet terugvallen op de bijstand. In alle andere gevallen is de nazorg periode 9 maanden. De klant kan dan tevens een aanvraag indienen voor het ontvangen van een uitstroompremie.

4. Wanneer cliënten de bijstand verlaten via een “contract” dat hen aangeboden, vindt er dan een afrondend gesprek plaats tussen de cliënt en klantmanager? Zo ja, wat zijn dan de onderwerpen die gaan over de periode na de bijstand? Zo nee, waarom wordt er geen afrondend gesprek gehouden?

ANTWOORD VRAAG 4:
Wanneer de klant dit op prijs stelt wordt er een afrondend gesprek gehouden. In alle gevallen kan worden volstaan met het zenden van het arbeidscontract door de klant naar de klantmanager. Vaak hebben klanten geen behoefte meer om zich te vervoegen bij de afdeling Werk, Zorg en Inkomen, omdat zij veelal blij zijn met aangeboden baan.
Indien al sprake is van een afrondend gesprek zullen onderwerpen als het recht op vakantiegeld en uitstroompremie aan de orde komen. Wanneer de klant afziet van een afrondend gesprek wordt de klant schriftelijk op de hoogte gesteld en tevens gewezen op het mogelijk recht van een uitstroompremie en eventuele voorziening in het kader van de bijzondere bijstand.

5. In de begroting staat dat er voor 2008 18% terugvalrecidieven zullen zijn. Mensen die het toch niet redden nadat men een baan heeft geaccepteerd. Graag willen wij een uiteg wat de redenen zoal zijn waarom men weer terugvalt op de bijstand.

ANTWOORD VRAAG 5:
Bij werkaanvaarding is veelal sprake van een tijdelijk dienstverband. Het bedrijfsleven geeft de voorkeur aan een flexibele arbeidsrelatie. Terugval kan daarom veroorzaakt worden doordat er geen werk meer is en als men niet voldoet aan de primaire eis voor een uitkering ingevolge de WW (de zogeheten wekeneis) is men aangewezen op de bijstand. Uiteraard kan men ook voortijdig worden ontslagen om diverse redenen. Bij terugkeer in de bijstand, wordt rekening gehouden met mogelijke verwijtbaarheid. In alle gevallen zal met betrokkene geprobeerd worden wederom een terugkeer naar de arbeidsmarkt te realiseren. Indien men werkzaam is geweest bij SWAN/Workstar geldt de terugvaloptie (zie tevens beantwoording bij vraag 3).

6. Indien men weer terugvalt op de bijstand krijgt men dan een verkorte intake bij de aanvraag of moet men het standaard traject aflopen inclusief de “Werkacademie”. Krijgen deze cliënten extra begeleiding om een volgende mislukking te voorkomen? Zo nee waarom niet?

ANTWOORD VRAAG 6:
De klant wordt in dat geval wederom opgevangen in de “werkacademie” en begeleid. Ongeacht de reden waarom men weer een beroep doet op de bijstand zullen alle beschikbare instrumenten worden ingezet om wederom een terugkeer naar de arbeidsmarkt te realiseren. In de veronderstelde situatie zal naarstig gezocht worden naar een alternatief traject.

7. Zijn er prestatiecontracten tussen de gemeente en het CWI afgesloten over het aantal verzoeken om bijstand die niet mogen resulteren in een aanvraag. Zo ja, graag de hoofdlijnen van die afspraken.

ANTWOORD VRAAG 7:
Er zijn in deze zin geen prestatiecontracten afgesloten met het CWI. Indien met voldoet aan het “recht op bijstand” dan wordt deze ook toegekend. Dit “recht” kan niet beperkt worden als gevolg van afspraken tussen het CWI en de gemeente. Alle klanten die een beroep doen op de bijstand worden direct in een traject genomen gericht op terugkeer naar de arbeidsmarkt.

8. Vanaf 2007 is het generalistische klantmanagement ingevoerd. Graag willen wij weten hoe de kwaliteit van dit klantmanagement wordt gemeten. En wel op de onderdelen klantvriendelijkheid (omgang in woord en geschrift met de cliënt), inhoudelijke vakkennis, communicatieve vaardigheden en de meetbaarheid van resultaten een rol.

ANTWOORD VRAAG 8:
De beoordeling van de klantmanager vindt plaats binnen de reguliere beoordelingssystematiek van de gemeentelijke organisatie (“Op Koers”). De door u genoemde competentie maken daar onderdeel van uit.

9. Wanneer vindt het volgende klanttevredenheidsonderzoek plaats onder cliënten van de Sociale Dienst? Worden daarbij ook ex-clienten ondervraagd. Zo nee, waarom niet?

ANTWOORD VRAAG 9:
Dit jaar zal een klanttevredenheidsonderzoek plaatsvinden. Bij de voorbereiding zal worden onderzocht of het mogelijk is om ex-clienten hierbij te betrekken.

10. Wat is het nut en de noodzaak van een GGD-advies en wat is de status hiervan tav de aanvaarding van werk?

ANTWOORD VRAAG 10:
Een GGD-advies is noodzakelijk om te kunnen vaststellen of sprake is van zodanige medische belemmeringen dat van een re-integratie- en/of arbeidsplicht geen sprake kan zijn.

11. Welke controlemiddelen heeft de gemeente op de kwaliteit en uitvoering van bedrijven zoals uit de aangehaalde situatie. Ligt dit contractueel vast?

ANTWOORD VRAAG 11:
Gecontracteerde re-integratiebedrijven dienen lid te zijn van de brancheorganisatie Borea. Deze brancheorganisatie kent een eigen kwaliteitsprotocol. Daarnaast is contractueel vastgelegd de mate waarin het bedrijf SAWN/Workstar verantwoording aflegt middels diverse rapportages.

Vastgesteld in de vergadering van 4 maart 2008,

de secretaris   de burgemeester,
drs. J. Dijkstra   drs J.B. Waaijer

Hieronder treft u de bijlagen aan die wij meestuurden met onze schriftelijke vragen aan het College. U kunt dan de antwoorden in deze context bekijken.

In bijlage 1 treft u een samenvatting aan van de mij mondeling en schriftelijk toegekomen informatie. Het gaat ons bij deze vragen om het achterliggende beleid en uitvoering van de WWB en de Nota Integratie.

Samenvatting situatie
- ongeveer 100 cliënten uit de bijstand ontvingen een uitnodiging van de Sociale Dienst voor een gesprek in december waarbij een bedrijf zich zou presenteren en waarna een jaarcontract wordt aangeboden. In de 10 regels bevattende brief zijn 2 regels opgenomen met de sancties die kunnen volgen.
- tijdens het gesprek over de uitleg van het werk werd druk ervaren om het contract te tekenen; er werden verbaal minachtende opmerkingen gemaakt over de eventuele gevolgen van het niet tekenen
- contracten moesten direct getekend worden, zonder de mogelijkheid ze eerst te lezen (er werd een stukje voorgelezen) en onder de vermelding dat er haast bij was en het aanhoren van spottende opmerkingen
- een kopie, direct na het tekenen van het contract wordt geweigerd en sommigen kregen dat pas op hun 1e werkdag 2 januari
- in dienst name is volgens het contract per 31.12.07 voor een bepaalde tijd, alleen de bepaalde tijd staat niet vermeld; verder is het korte contract vooral gevuld met gebods- en verbodsartikelen
- de 32 uur die de Sociale Dienst aanbood om uit de bijstand te komen, blijken bij de werkgever 36 uur te zijn; reiskosten en een eigen bijdrage voor kinderopvang zijn voor eigen rekening. Men zit op of onder het sociaal minimum.
- bij gebrek aan kinderopvangplaatsen werd door de Sociale Dienst gastoudergezinnen geregeld, waar de cliënten zeer huiverig tegenover stonden (en door de Sociale Dienst werd erkend)
- er wordt geen rekening gehouden met aanwezige en bekende (ernstige) lichamelijke of psychische beperkingen
- de functie is algemeen medewerker zonder de vermelding van de werkzaamheden
- op de 1e werkdag 2 januari waren 80 werknemers aanwezig onder 3 begeleiders; de consulenten van de Sociale Dienst die aanwezig zouden zijn waren er niet; men werd na een paar uur naar huis gestuurd omdat het bedrijf het niet aan kon
- het pand was een chaos. Vies, vuil en met een laag stof. Brandonveilig en slecht qua werkomstandigheden.
- er werden vrijwilligers gevraagd om het pand schoon te maken zonder schoonmaakmiddelen. Met een dweil om de bezem en met de handen de dweil uitwringend
- moeders namen hun kinderen mee naar het werk bij gebrek aan opvang
- op vieze houten tafels met splinters werden snoepjes ingepakt
- hygiëneregels werden uitgelegd, niet goed begrepen en niet voldoende uitgevoerd
- de tafels werden aan het einde van de dag schoongeveegd met de bezem van de vloer; de volgende dag lagen daar de snoepjes weer op
- diverse mensen met een medische/psychische beperking, al dan niet in het bezit van een GGD advies, werden ziek. Vooral allergieën. Sommigen meldden zich bij hun huisarts.

Deze situatie beschrijft de eerste weken van het werk. Daarna is de Arbodienst een aantal keren geweest en is er meubilair gekomen. Het personeel is behulpzaam Er zitten mensen thuis die het werk (medisch) niet aan kunnen. Ex-clienten zijn boos over de manier waarop ze worden benaderd, aangesproken, aangeschreven en over de situatie zelf. Er hebben er problemen met hun gezondheid, kinderopvang en (financiële) administratie.

In bijlage 2 treft u een aantal citaten aan uit de Nota Integratie 2008-2010 die in najaar van 2007 door de Raad is aangenomen.

Investeren in mensen

Pag 2
Niemand mag aan de kant staan en Mee®doen staat centraal in het re-integratiebeleid. Iedereen moet een tegenprestatie leveren. Maatwerk is vanzelfsprekend.
Re-integratietrajecten in eigen beheer uitvoeren met meer stimulans om arbeidsmarktgerichte scholing te volgen. Men wil optimale dienstverlening geven.
Pag 3
De ambitie is iedereen een passend traject aan te bieden. Om de uitstroom te bevorderen zijn er in de samenwerking met het Zoetermeerse bedrijfsleven projecten opgezet voor cliënten
Pag 11
Voor elke klant worden een afgestemde mix van voorzieningen, verplichtingen en handhaving ingezet. Met eigen verantwoordelijkheid.
Pag 12
Zelf als gemeente re-integratietrajecten doen heeft een aantal voordelen: korte lijnen, goed zicht op de mogelijkheden van de klant, goede afstemming over trajecten, de klantmanager kan zich optimaal als coach opstellen.
Werk, werk, werk, werk gaat altijd vóór een uitkering via een zo’n groot mogelijke uitstroom naar werk en door het voorkomen van instroom. Strenge selectie aan de poort scheelt veel energie en geld.
Pag 13
Randvoorwaarden voor een geslaagde re-integratie is dat er voldoende kinderopvang aanwezig is
Pag 18
Vanaf 2007 is het generalistische klantmanagement ingevoerd, de klant heeft 1 aanspreekpunt. De klantmanager voert de actieve regie en begeleidt de klant tijdens het hele traject. Omdat de klant centraal staat, vinden wij het belangrijk dat onze klanten tevreden zijn over de trajecten die ze volgen. Daarom zullen periodiek klanttevredenheidsonderzoeken worden uitgevoerd.
Pag 22
In de programmabegroting 2008 zijn de maatschappelijke effecten en prestatiedoelstellingen neergelegd van het re integratiebeleid. Voor 2009 en verder willen we deze doelstellingen en effecten opnieuw bekijken en indien nodig actualiseren.
Pag 23
Onze ambitie is om een zodanig re-integratiebeleid op te zetten dat er voor iedereen een passend traject beschikbaar is afgestemd op de persoonlijke omstandigheden en mogelijkheden van mensen.
We willen per jaar minimaal 75 mensen aan werk helpen via een re-integratiebaan.

Helen du Bois

 

 

« Terug

Archief > 2008 > maart

Geen berichten gevonden